Tuinboon. O.a. robyntsje

De tuinboon (Vicia faba) is een plant die behoort tot de vlinderbloemenfamilie  (Leguminosae of Fabaceae).

Tuinbonen worden al zeer lang verbouwd en werden al in 6000 v.Chr. in het Middellands Zeegebied gegeten. De zaden waren toen echter nog vrij klein en zijn voor het eerst gevonden bij archeologische opgravingen bij Nazareth in Israël. In Europa wordt al voor 1492 melding gemaakt van de tuinboon. In Nederland wordt traditioneel de tuinboon met bonenkruid gegeten.

Er zijn 2 bloeiwijzen te onderscheiden wit- en bontbloeiend. De witbloeiende soorten missen de opvallende tuinbonen smaak.

In de zadenbibliotheek Fryslân zijn verschillende soorten tuinbonen aanwezig, waaronder het robyntsje. Een roodbloeiende soort die door zaadveredeling in Friesland is gekweekt. (zie foto)

De tuinboon kan al heel vroeg in het seizoen worden gezaaid. Voorzaaien onder glas kan al van februari.
Krijg je last van zwarte luizen? Haal dan de top uit de plant.
Planten die je bij de grond afknipt, lopen weer uit en maken dan voor de 2e x tuinbonen.

De tuinboon is een dopboon, waarvan de binnenste bonen worden gegeten. Ook dubbel doppen kan, zeker als de boon(te) groot is geworden. Het looizuur in de boon zorgt voor de iets weeïge/bittere smaak. Bij jonge tuinboontjes merk je daar minder van dan bij grotere tuinbonen. Bij grote bonen wordt de smaak wat meliger.

Lees meer.