Juffertje-in-het-groen (Nigella damascena) is een eenjarige plant van het plantengeslacht Nigelle (Nigella) uit de ranonkelfamilie (Ranunculaceae). De soort wordt in tuinen als sierplant toegepast.
De wilde plant bloeit van juni tot augustus met kleine, helderblauwe bloemen, die omgeven zijn met een krans (omwindsel) van veerdelige schutbladeren. De kelkbladen zijn blauw gekleurd. De bloem heeft honingklieren, waarmee hommels en bijen gelokt worden voor de bestuiving.
De vrucht is een 3 cm lange doosvrucht. De rijpe doosvrucht heeft bovenaan vijf, ongeveer 7 mm lange spleten, waardoor de zaden kunnen ontsnappen. De zwarte zaden zijn gerimpeld en worden door de wind en dieren verspreid.
Voorkomen
De plant komt in Nederland van nature niet voor, maar is lokaal verwilderd. De plant komt oorspronkelijk uit het Middellandse Zeegebied en de Canarische Eilanden. Daar groeit de plant op akkerland en braakliggende terreinen. De plant komt reeds voor in Engelse cottage gardens vanaf de 16de eeuw. De meest voorkomende variëteit is ‘Miss Jekyll’, die blauwe bloemen heeft, maar de recentere ‘Persian Jewels’ is een mix van wit, roze, lavendel en blauwe bloemen. ‘Persian Rose’ is lichtroze. Andere soorten zijn ‘Albion’, ‘Blue Midget’, ‘Cambridge Blue’, ‘Mulberry Rose’, en ‘Oxford Blue’. De ‘Dwarf Moody Blue’ is 15 à 20 cm lang.
Toepassingen
Zowel de bloemen als de zaaddozen kunnen gedroogd worden. De zaaddozen hebben een gecompliceerde, decoratieve vorm, die door velen aantrekkelijk gevonden wordt in droogboeketten. Zowel de bloemen als de zaden zijn eetbaar. De smaak van de bloem neigt naar muskaat, ook wel oregano of majoraan. De zaden lijken qua vorm en smaak op komijnzaad en worden in Duitsland ook wel als ‘zwarte komijn’ aangeduid.
Bron Wikipedea
Zaaien | 05-06 |
---|---|
Bloeit | 06-09 |
Oogsten | 06-10 |
Hoogte | 0,20-0,45 |
Kleur | blauw/wit |
Bodem | niet te rijk, niet te nat |
Type plant | eenjarig |