Omschrijving
De koningskaars (Verbascum thapsus) is een plant uit de helmkruidfamilie (Scrophulariaceae). De plant groeit in het duin- en krijtgebied en langs spoorwegen ( heggen, struwelen, houtwallen, bermen (open, zandige plekken), grasland (ruig grasland), dijken, puin en afgravingen.
De bloemen zijn geel en hebben een doorsnede van 1,5–3 cm. Er zijn vijf kroonbladeren die aan de voet zijn vergroeid. Er zijn vijf kelkbladen en vijf meeldraden, waarvan er drie gele of witte haartjes hebben. De bloemen vormen een dichte aar.
De bovenste bladeren zijn aflopend tot het volgende blad. De onderste bladeren hebben een gevleugelde steel. De bladeren en de stengel zijn bedekt met een dichte wollige beharing.
Koningskaars draagt een doosvrucht die kleine zaadjes bevat. De zaden zijn langlevend, langer dan 5 jaar. De bloemen van de plant werden gebruikt om het ophoesten te bevorderen bij problemen met de ademhalingswegen. In de kruidboeken van de 16e eeuw wordt beschreven hoe de harige plant met teer kan worden besmeerd en zodoende als fakkel kan worden gebruikt.
de levensduur is 2 jaar
bron: Wikepedia / wildeplanten.nl
Zaaien | 7 – 8 ter plekke of verspenen en volgend voorjaar planten. |
---|---|
Bloeit | 7 – 10 |
Oogsten | nvt |
Hoogte | tot 2m |
Kleur | geel |
Bodem | zandgrond, kalkrijk ,niet veeleisend |
Plaats | volle zon tot half schaduw |