Anjer (Dianthus) is een geslacht van bloemplanten uit de anjerfamilie (Caryophyllaceae).
De botanische naam Dianthus is afgeleid van dios, god, en anthos, dat bloem betekent.
Anjers zijn overblijvende eenjarige, kruidachtige planten met smalle grijs-groene of blauw-groene bladeren.

Er zijn vele verschillende (gekweekte) soorten.
De wilde variëteit is helder paarsroze. In de gekweekte vorm komen ze ook voor in de kleuren rood, wit, geel, zalm, groen en tweekleurig. Anjers komen van nature voor in Europa en Azië.

De tuinanjer (Dianthus caryophyllus L.) is een gekweekte vorm en komt voor in vele kleuren, bloeit in mei en juni en wordt ongeveer 25 cm hoog. Als er na de bloei wordt gesnoeid, volgt er vaak nog een tweede bloei. Vormt een mooie bodembedekkende pol in najaar en winter.

De tuinanjer bloeit in mei en juni en wordt ongeveer 25 cm hoog. Als er na de bloei wordt gesnoeid, volgt er vaak nog een tweede bloei.

Vermeerdering door zaaien (zie tabel) stekken en scheuren.

Stekken: Allereerst de bloemen verwijderen. Vervolgens kun je de overblijvende takjes allemaal stekken. Verwijder het onderste blad voor het grootste deel en steek de takjes met nog enkele blaadjes eraan in het natte zand of potgrond. Doe dit wel onder glas of plastic. Hou dit geheel enkele weken goed vochtig en 80 tot 90% van alle stekjes zullen wortel schieten en krijgen volgend jaar weer prachtige bloemen.

Scheuren: Haal met de spitvork de pol uit de grond. Trek kleinere delen voorzichtig uiteen en bewaar de jongste delen uit de buitenste rand van de pol. Oudere pollen laten zich soms moeilijk delen. Gebruik dan een spade of mes voor de eerste deling. Na het oppotten of inplanten goed water geven.

Zaaien03-04
Bloeit05-06.
Oogsten08-09
Hoogte0,3-0,45
Kleurroze/rood
Bodemzanderig goed doorlatend
Plaatshalfschaduw/zon
Typevast